Kabinetsplannen bedreigen internationalering van het HO

Gepubliceerd op 21-01-2011 at 21:04

“Nederland heeft de ambitie om te behoren tot de top vijf van kenniseconomieën.” Als Rutte-1 deze ambitie wil waarmaken, zal er moeten worden geïnvesteerd in internationalisering van het onderwijs en onderzoek. Maar met zowel een onderwijsminister als een staatssecretaris van onderwijs die zelf nooit een stap over de grens heeft gezet, mist Nederland elke sense of urgency. De bezuinigingen van Rutte-1 zullen er alleen maar toe leiden dat studenten tijd noch geld hebben om naar het buitenland te gaan.

Internationalisering van het onderwijs en onderzoek is essentieel als Nederland wil blijven meedraaien in de top van kenniseconomieën. Onze economie staat en valt bij import en export. Het bedrijfsleven heeft mensen nodig met internationale ervaring, mensen die hun talen spreken en andere culturen kennen. Internationalisering is nodig bij alle lagen van de beroepsbevolking want bijna alle (bedrijfs)takken hebben te maken met het buitenland. De Nederlandse markt is en blijft te klein om in zijn eentje ons bestaansniveau op gelijk niveau te houden. Nederland heeft dus mensen nodig die zich op het internationale speelveld willen en kunnen begeven

Helaas heeft Rutte-1 daar niets van begrepen. Het enige wat er in het regeerakkoord over staat is “jongeren moeten worden voorbereid op een internationale arbeidsmarkt”, maar elk idee, concreet voorstel of strategie blijft uit. En intussen neemt het aantal mensen die klaar zijn voor de internationale arbeidsmarkt af. We zeggen wel dat we een aardig mondje over de grens spreken, maar in feite beheersen de meeste jonge Nederlanders naast het Engels nauwelijks meer een vreemde taal. Andere landen halen ons in want Nederland is tegenwoordig een van de landen waar kinderen als laatste beginnen met leren van vreemde talen. Het aantal studenten dat voor een hele opleiding naar het buitenland gaat (diplomamobiliteit) neemt maar langzaam toe en is nog altijd laag in vergelijking met bijvoorbeeld Duitsland. Het aantal WO-studenten dat in het kader van zijn studie naar het buitenland gaat, is zelfs gedaald.

Studentenmobiliteit wordt bemoeilijkt doordat studenten alleen maar sneller en sneller door hun studie worden gejaagd en ze het financieel niet rondkrijgen. Daarnaast maakt de Nederlandse Organisatie voor Internationalering van het Hoger Onderwijs, de Nuffic, in de praktijk al jaren meer werk van buitenlandse studenten naar Nederland halen dan dat zij Nederlandse studenten helpt om naar het buitenland te gaan. De Nederlandse student kan het zelf uitzoeken.

Rutte-1 dwingt met bezuinigingsmaatregelen en boetes de Nederlandse studenten om sneller te studeren. Studenten moeten zo snel mogelijk hun vakken halen, geld lenen of werken om hun studie te bekostigen, besturen en commissies doen om ervaring op te doen en stage lopen. Als deze opeenstapeling van eisen aan studenten blijft toenemen, zullen er voor minder voor kiezen om (een deel van) hun studie in het buitenland te doen. Een deel van de studie of een stage in het buitenland leidt vaak nog tot studievertraging, doordat punten niet erkend worden of er maar beperkte vrije ruimte in de studie is. Ook moeten studenten die naar het buitenland willen allerlei zaken regelen zoals de aanmelding, aanbevelingsbrieven, talentesten, huisvesting en verzekering. In de nieuwe snelstudeerdwang blijft er geen ruimte meer over voor buitenland ervaring.

Daarnaast bleek uit ons onderzoek van twee jaar geleden dat Nederlandse studenten worden tegengehouden door de bureaucratie bij de regeling meeneembare studiefinanciering en omdat de de financiën niet rondkrijgen. Financiën beperken studenten in de stap naar het buitenland, zowel voor een hele opleiding als voor een deel van de opleiding in Nederland (uitwisseling). Beurzen zijn al heel beperkt beschikbaar voor volledige opleidingen in het buitenland en van een Erasmusbeurs gaat je hart ook niet sneller kloppen. Maar in plaats van dat er wordt geïnvesteerd in het hoger onderwijs en internationalisering, wordt er bezuinigd. Het wordt dus alleen maar moeilijker om naar het buitenland te gaan.

Hoewel iedereen altijd het belang van internationalisering voor de Nederlandse kenniseconomie benadrukt, wordt het alleen maar lastiger voor studenten om naar het buitenland te gaan voor studie, stage of onderzoek. Het kabinet Rutte geeft duidelijk geen enkele prioriteit aan het opleiden van werknemers die voorbereid zijn op een internationale arbeidsmarkt. Nederland zal afzakken tot een treurige middenmoter. Hoeveel geld gaat dit ons kosten? Wat blijft er over van de Nederlandse kenniseconomie? Hoe wordt de kwaliteit van het onderwijs?

Met alle maatregelen van dit kabinet is duidelijk dat alle ambitie wordt losgelaten. Waarom zou ik, als Nederlandse student in het buitenland, nog terugkomen.

Dorrit de Jong
Masterstudent Europese studies in Berlijn en bestuurslid van NEWS